Toelichting wetenschappelijke naam
Thecla: Thecla is de naam van een maagd en martelares in de Grieks Orthodoxe Kerk. Fabricius gebruikte voor de naamgeving vaker figuren uit de literatuur en uit de geschiedenis dan zijn voorgangers die bijna uitsluitend de klassieken als namenbron gebruikten.
betulae: Betula is berk. Dit heeft waarschijnlijk betrekking op een ontmoetingsboom (een berk) en niet op de waardplant. Mannetjes scholen samen in kruinen van vrijstaande bomen en maken van hieruit korte, dwarrelende vluchten.
Auteursnaam en jaartal (Linnaeus, 1758)
Vrijdagmiddag
De economie draait op opa's en oma's. Moeiteloos, zonder geweeklaag passen zij structureel of regelmatig op hun kleinkinderen, als beide ouders werken om in hun levensonderhoud te voorzien. De opa's en oma's buigen voor het lot van een niet door henzelf gekozen tweede leg. Bezield en met liefde, dat is duidelijk.
Als vandaag de bereidwilligheid van al die grootouders zou ophouden, dan stort in één vingerknip de geoliede machine van een groot aantal huishoudens in én daarmee de staathuishoudkunde van ons land. Een overdenking die vrijdagmiddag in de file gemaakt werd door mij, op weg naar oma-chi. We mochten bij haar onze chi Emma voor een middag achterlaten, zodat we zelf als schatzoekers de handen weer eens echt vrij zouden hebben. Daarenboven zou de koperen ploert een te grote aanslag op de zwarte vacht van Emma betekenen.
Files zijn irritant, vooral als je ze niet verwacht en als deze de plannen van een leuke dag kunnen dwarsbomen. Files geven wel tijd tot nadenken, waarbij de onderwerpen zich makkelijk aaneen rijgen. En dat gebeurde op weg naar de oppas. Van een eerste overdenking naar een volgende - tot grote verbazing opwekkende - tweede overdenking:
Een hondje van nog geen twee en een half kilo blijkt soms een handenbindertje voor natuurpiraten. Hoe zullen ouders met kind(eren) de forse beperking van vrijheid en de vanaf dag één verzwolgen 'me-time' in hemelsnaam ervaren en overleven ?
Onze Emma is als een kind voor ons. Een kind op vier pootjes, met een eigen wil gelijk die van een peuter in de peuterpuberteit. Veel draait om haar. Ons leven is ingericht op haar aanwezigheid, op dat lieve, pittige karaktertje van inmiddels ruim twaalf jaar oud. Ze wil niets liever dan samen met ons zijn. Samen op pad. Haar conditie en jeugdige gedrag laten het gelukkig nog steeds toe dat zij ons vergezelt tijdens de tochten in de natuur. Maar deze middag vonden we oppas voor haar. We wilden graag lang lopen, sloom het het landschap doorkruisen. We wilden een middag vol tijd en ruimte. Fladderen in 'we-time'. Vrij van kloktijd. Ruimte voor activiteit én contemplatie ineen.
En hiermee kon dan eindelijk de zoektocht naar de Sleedoornpage (ook wel Berkenpage genoemd) beginnen. Die wens bestond al even. Die diep zomers gekleurde page met dat opvallende staartje. Die page die precies nú (eind juli - eind september) zijn vliegtijd kent.
Een extreem warme en zonnige dag voorspelde geluk en resultaat.
Het Vrouwtje, dringt nectar van Guldenroede
Rode Lijst, Bedreigd
"De oorzaak van de achteruitgang tot de jaren tachtig van de
vorige eeuw is hoofdzakelijk het verdwijnen van het kleinschalige
cultuurlandschap met haar (sleedoorn)hagen. Dat
de soort daarna nog op veel plaatsen is verdwenen, komt
veelal door veroudering van sleedoornstruweel en het verwijderen
of te rigoureus snoeien van sleedoorns. Voor het
behoud is het wenselijk om de struiken, waarbij hij voorkomt,
gefaseerd te snoeien. Dat waarborgt een constant
aanbod van jong, tweejarig en driejarig hout."
- De sleedoornpage is univoltien (slechts één generatie per jaar)
- Mannetjes verzamelen zich als eerste in de toppen van berken (kroegbomen / ontmoetingsbomen), daarna volgen de vrouwtjes voor de paring (hoog in de kruinen)
- Vrouwtjes leggen de eitjes behoedzaam op de waardplant (sleedoorn), op het jongere hout, gemiddeld maximaal vijf eitjes per dag
- Eitjes overwinteren, komen in het voorjaar uit.
- Jonge rupsen eten van het binnenste van een bladknop, grotere rupsen eten van de bladeren.
- De rupsen verpoppen zich in de strooisellaag aan de voet van de struik, of zelfs in mierenhoop
- Mannetjes zijn honkvast (toppen bomen), vrouwtjes leggen relatief grotere afstanden af
- De vlinders voeden zich vooral met honingdauw. In jaren van weinig honingdauw, bieden de nectarplanten uitkomst: guldenroede, hondsroos, haag clematis, koninginnenkruid etc.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten