zondag 10 september 2023

Roodborsttapuit

De Roodborsttapuit heeft een flinke duw in de goede richting gekregen de afgelopen jaren. Vandaag zelfs in mijn richting. Opwinding alom als je iets moois op een presenteerblaadje krijgt. Met een flinke portie toeval en geluk in mijn geval, want het gebeurde in een wandelgebied waar ik al jaren kom. De tapuit heeft er zijn habitat. 

In eerste instantie was sprake van een nonchalante, globale waarneming, meters voor me.  Een silhouet van een vogeltje op de top van een struik. Zithoogte. Ik vermoed een gewone vlier. Daar zat het tapuitje, in alle rust. En even later zelfs in gezelschap van zijn soortgenoot. Stilte alom in het gebied, want de brandende zon hield de mens ver van de velden. En daar waar de mens niet komt, heerst schoonheid en rust.

Camera aan, lens in de goede richting draaien, glazen van de zonnebril zo bewegingloos mogelijk ontdoen van zonnezweet (de kleinste beweging wordt opgemerkt en kan leiden tot een bittere teleurstelling door een voortijdig vertrek van de vogel) en met geduld inzoomen. Niet te gretig, want dan wordt het beeld bevrucht met korrelige mist in plaats van een sierlijk vogeltje. Later bij thuiskomst achter het scherm, blijkt dan helaas toch nog op meerdere foto's het beeld bewogen of ... God mag het zeggen wat. 

De meerderheid van dit fraaie tapuiten-soort overwintert in Zuid-Europa en Noord-Afrika. Een klein, maar toenemend deel (waarschijnlijk door de warmere winters) in eigen land. Ik mag dus best spreken van beginnersgeluk dat de Roodborsttapuit zich zo uitgebreid (volwassen en juveniel) aan me wilde tonen op een gewone, bloedhete zaterdagmiddag in september. Welke waarnemingen mogen nog volgen? Alle ogen gericht op Kwatta.

De herkenning-omschrijving op de site van Vogelbescherming was voor mij bijzonder nuttig. Deze hielp me de mannetjes van de vrouwtjes en juvenielen te onderscheiden, eenmaal thuis. Nog best een dingetje namelijk, van afstand. 

Beelden waarneming:


















Zaterdag 9 september 2023, Hedy 


Extra informatie 

Bron: Vogelbescherming

Roodborsttapuiten vind je op heides, in de duinen, in ruige, open moerasgebieden en in halfopen boerenland. Het zijn vogels van open tot halfopen, vaak droge terreinen met enige struweelopslag of hoog opschietende kruiden. Het goed verborgen nest wordt op of net boven de grond gebouwd. Vanaf een uitkijkpost in het territorium wordt het grootste deel van het uit insecten en ander klein gedierte bestaande voedsel opgespoord. De mannetjes zijn goed herkenbaar met zwarte kop, witte halszijden en feloranje borst.

Herkenning

Zowel mannetjes als vrouwtjes hebben een oranje borst, maar de mannetjes vallen het meest op. De vrouwtjes hebben naast die oranje borst bruin gestreepte bovendelen en twee witte vlekken op de bovenvleugel. Mannetjes hebben dat ook, maar daarnaast hebben die een witte stuitvlek, witte halszijden en een zwarte kop. Hij zit vaak op de top van heidestruiken. De jonge vogels lijken op het gespikkelde vrouwtje, maar zijn lichter bruin en goed gecamoufleerd.

Geluid

Twee typen zang. Snelle, riedel met metaalachtige klanken; en een baltszang, met meer pauzes, heldere fluittonen en imitaties (in zangvlucht). Roep kenmerkend "wiet..tkk, tkk"; dat laatste als twee kiezeltjes die tegen elkaar aan worden getikt.


Bron: https://pub.sovon.nl

Buiten Broedtijd

Op de broedplaatsen zijn Roodborsttapuiten aanwezig van maart tot en met oktober. Vooral na een serie zachte winters zijn ook winterwaarnemingen niet uitzonderlijk. Zulke vogels overwinteren, niet zelden paarsgewijs, vaak in de omgeving van broedplekken, met name in agrarisch landschap. Of het om lokale broedvogels gaat, valt niet met zekerheid te zeggen. De wegtrekkers overwinteren vooral in Zuidwest-Europa en Noord-Afrika. Veel doortrek valt bij ons niet te verwachten, aangezien Nederland de noordwestgrens van het verspreidingsgebied vormt. 

Broedtijd

Roodborsttapuiten broeden vooral op de hoge zandgronden, in de volledige kuststrook inclusief de Waddeneilanden en in Zeeuws-Vlaanderen. Ze bewonen zowel open boerenland met greppels en ruige wegbermen als natuurgebieden (heide, hoogveen, duin). Aan de rand van stedelijk gebied worden braakliggende gronden bezet. Aantallen en verspreiding namen vanaf ongeveer 1975 sterk af, vooral in het boerenland. De soort verdween zelfs in bepaalde regio's als de oostelijke Achterhoek en Zuid-Limburg. Sinds ongeveer 1990 volgde een verrassend en krachtig herstel, dat nog steeds aanhoudt. In het boerenland profiteert de soort van kleinschalige ingrepen als extensiever bermbeheer en renaturering van beekdalen. In natuurgebieden was het terugdringen van bosopslag in het voordeel van de Roodborsttapuit.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten